Spring naar content
Terug naar de kennisbank

Een empirische verkenning naar drijfveren en andere medisch psychologische aspecten van dopinggebruik (1986)

Er zijn vele vragen te stellen met betrekking tot dopingproblematiek. De vraagstelling die centraal staat in dit onderzoek luidt als volgt: op welk moment neemt een sporter doping en wat zijn daarbij de drijfveren? In hoofdstuk 1 worden de achtergronden van het onderzoek beschreven. In hoofdstuk 2 wordt een kort overzicht gegeven van de historie van het dopinggebruik. De definitie van doping, de dopinglijsten en de effecten van dopinggeduide middelen worden behandeld in hoofdstuk 3. In hoofdstuk 4 wordt de literatuur beschreven welke specifiek betrekking heeft op de persoonlijkheidsstructuur van de sporters en de motieven om de dopinggeduide middelen te nemen. De opzet en de werkwijze waarop het onderzoek werd uitgevoerd staat beschreven in hoofdstuk 5. De onderzoeksresultaten worden gepresenteerd in hoofdstuk 6. Het verslag wordt afgesloten met een aantal praktische aanbevelingen.

Literatuurverwijzing: Cornelissen, P.G.J., Duivenvoorden, H.J., Erdman, R.A.M., Pool, J., Verhage, F., & IJzerman, J.C. (1986). Een empirische verkenning naar drijfveren en andere medisch psychologische aspecten van dopinggebruik. Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam.

Fysieke exemplaren

Organisatie Plaatsingskenmerk Status
Mulier instituut GEZO-TB-0020 Beschikbaar

Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek:

Mulier instituut
tel: 030-7210220
e-mail: info@mulierinstituut.nl

Omschrijving

  • Jaar:
    1986
  • Plaats:
    Rotterdam
  • Uitgever(s):
    Erasmus Universiteit Rotterdam
  • Collatie:
    42 p. bijl. fig. Met lit. opg.
  • Mediumsoort:
    Rapport
  • Trefwoord(en):