Spring naar content
Naar alle interventies

Sport Heroes

Sport Heroes laat leerlingen in het speciaal onderwijs kennismaken met verschillende sport- en beweegactiviteiten via een stapsgewijze aanpak: eerst in de ‘veilige’ schoolsetting, daarna naschools en buitenschools aanbod. De vakleerkracht lichamelijke opvoeding begeleidt de leerlingen en zorgt voor een warme overdracht naar de lokale sport- en beweegaanbieders.

De projectleider (van Stichting Special Heroes of een combinatiefunctionaris) begeleidt de samenwerking tussen scholen en sportverenigingen. De sportverenigingen verzorgen de clinics op school en ontvangen deskundigheidsbevordering t.a.v. de doelgroep leerlingen met een beperking. Ouders worden betrokken door brieven/folders, ouderavonden en aanwezigheid bij een aantal sportlessen van hun kind.

In de laatste fase worden kinderen lid van een sportvereniging en worden ouders indien nodig geholpen om praktische barrieres t.a.v. vervoer en financiën te slechten. Na een 2- of 3-jarig programma (afhankelijk van de school) wordt de fase van borging ingegaan waarbij de taken structureel worden ingebed in het schoolbeleid en continue financieringsbronnen worden gezocht.

Kinderen en jongeren met een beperking in het Speciaal onderwijs bewegen en sporten minder dan hun leeftijdgenoten zonder beperking en zijn minder vaak lid van een sportvereniging. Onderzoek op cluster 3-scholen laat zien dat ongeveer een derde van deze leerlingen niet aan sport doet (Van Lindert & Van den Dool, 2011). Onder kinderen en jongeren in het regulier onderwijs is het percentage niet-sporters veel lager, namelijk 5% (Aanvullend Voorzieningengebruik Onderzoek 2007, SCP-CBS). Van de cluster 3-leerlingen is 46% lid van een sportvereniging, tegenover ongeveer 70% van de kinderen in het regulier onderwijs (Sportersmonitor 2010; Van Lindert & Van den Dool, 2011).

Recente cijfers laten een vergelijkbaar beeld zien voor het Speciaal basisonderwijs (SBO) (Peil.Bewegingsonderwijs, Inspectie van het onderwijs, 2018). Ook in het SBO is er sprake van een sport- en beweegachterstand hoewel deze iets minder groot lijkt te zijn dan op het Speciaal onderwijs. In het SBO is 64% van de leerlingen lid van een sportclub, in het reguliere basisonderwijs is dit 74%. Ook de sportintensiteit verschilt: 47% van de leerlingen in het SBO sport drie of meer keer per week sport bij een club. Daartegenover zegt 36% van de leerlingen in het geheel niet aan sporten in clubverband te doen. In het regulier basisonderwijs betreft het respectievelijk 60% (sport drie of meer keer per week bij een club) en 17% (niet actief) van de leerlingen.

In 2017 voldeed 55% van alle kinderen 4-11 jaar aan de Beweegrichtlijnen en van de jongeren 12-18 jaar 28% (CBS en RIVM, 2017). Deze cijfers zijn niet apart beschikbaar voor kinderen en jongeren met beperkingen. Voor de gehele bevolking van 12 jaar en ouder geldt dat personen met een beperking minder vaak aan de Beweegrichtlijnen voldoen dan personen zonder beperkingen (CBS en RIVM, 2017). Kinderen met een beperking hebben relatief vaker te maken met overgewicht en obesitas dan kinderen zonder beperking. Bijna een kwart van de cluster 3-leerlingen (6-19 jaar) heeft overgewicht (20%) of obesitas (4%) (Van Lindert & Van den Dool, 2011), tegenover 14% van de kinderen en jongeren in het regulier onderwijs (5-14 jaar) (Sportersmonitor 2010).

Het programma Sport Heroes heeft als einddoelgroep leerlingen met een beperking in het Speciaal onderwijs, Voortgezet speciaal onderwijs, Speciaal basisonderwijs (SBO) en Praktijkonderwijs in de leeftijd van 6 tot en met 19 jaar.

Intermediaire doelgroepen van Sport Heroes zijn:

  • Scholen/ management in speciaal onderwijs
  • Vakleerkrachten lichamelijke opvoeding en/of wanneer aanwezig de combinatiefunctionaris
  • Ouders
  • Lokale sport en beweegaanbieders

Toelichting op de clusters binnen het speciaal onderwijs

De focus ligt op de landelijke uitrol van het programma op alle type cluster scholen en SBO/Praktijkonderwijs. Destijds is het programma gestart op cluster 3-scholen en cluster 1-scholen. In de periode 2012-2016 ook uitgerold in de clusters 2 en 4, en vanaf 2016 ook gestart binnen het SBO en Praktijkonderwijs.

Het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs zijn onderverdeeld in vier clusters. De clusters zijn ingedeeld op basis van de problematiek van de leerlingen:

Cluster 1: scholen voor leerlingen met een visuele beperking en leerlingen met een visuele beperking in combinatie met een meervoudige beperking.

Cluster 2: scholen voor dove en slechthorende leerlingen en leerlingen met ernstige spraakmoeilijkheden, mogelijkerwijs in combinatie met een andere beperking.

Cluster 3: scholen voor leerlingen met lichamelijke, verstandelijke en/of meervoudige beperking en Langdurig Zieke Kinderen (LZK).

Cluster 4: scholen voor zeer moeilijk opvoedbare leerlingen (ernstige gedragsproblemen, ontwikkelingsproblemen en/of psychiatrische problemen) en onderwijs aan leerlingen in scholen die verbonden zijn aan pedologische instituten.

SBO: scholen voor leerlingen (6-12 jaar) met leer-, gedrags- en/of opvoedingsproblemen

Praktijkonderwijs: voor leerlingen (13-19 jaar) met leer-, gedrags en/of opvoedingsproblemen die meer een praktische route volgen.

Hoofddoel

Het hoofddoel van het programma Sport Heroes is:

Meer leerlingen met een beperking in het speciaal onderwijs sporten/bewegen structureel (i.e. tenminste tweemaal per week) en zijn lid bij een sport/beweegaanbieder (vereniging).

Subdoel

Doelen leerlingen

Na afloop van Sport Heroes:

  1. Heeft 80% van de leerlingen van een deelnemende school meegedaan aan Sport Heroes
  2. Hebben deelnemende leerlingen kennis gemaakt met verschillende vormen van sporten/ bewegen.
  3. Hebben deelnemende leerlingen plezier ervaren in sporten/bewegen
  4. Sport 70% van de deelnemers minimaal tweemaal per week binnen of buiten school
  5. Is 55% van de deelnemers lid van een sport- of beweegaanbieder

Doelen intermediairen

Na afloop van Sport Heroes:

  1. Heeft 85% van de deelnemende scholen Sport Heroes verankerd in haar beleid
  2. Hebben vakleerkrachten van speciaal onderwijs scholen deelnemers geënthousiasmeerd en gemotiveerd in de zoektocht naar passende sport- en beweegmogelijkheden.
  3. Zijn ouders op de hoogte van sportmogelijkheden voor hun kind met een beperking in de eigen omgeving, de vervoersmogelijkheden en financiële regelingen.
  4. Voelen lokale sport- en beweegaanbieders zich voldoende toegerust (wat betreft materiaal/ruimte en deskundigheid) voor de instroom van jongeren met een beperking.

De percentages zijn opgesteld op basis van de monitors en registraties van Sport Heroes (zie procesevaluatie). 

Opzet van de interventie

Het programma Sport Heroes kent een gefaseerde aanpak die bestaat uit:

Fase 0 Creëren van draagvlak

Creëren van draagvlak binnen de school op zowel managementniveau als uitvoerend niveau. (gemiddeld 3 maanden)

Fase 1 Binnenschools aanbod

Tijdens deze fase worden sportverenigingen/sportaanbieders gevraagd om tijdens de reguliere gymlessen sport/beweegactiviteiten aan te bieden gedurende maximaal 2 of 3 blokken van 4 tot 6 weken in twee of drie schooljaren. De school maakt de keuze voor een projectperiode van twee of drie schooljaren.

Fase 2 Naschools aanbod/ buitenschools aanbod

Gedurende de projectperiode van twee of drie schooljaren verzorgen de sportverenigingen/-aanbieders in overleg met de school aansluitend aan de schooltijd een sport/beweegaanbod op de school zelf (2-6 weken) (naschools aanbod). In de praktijk blijkt dat in deze fase ook al regelmatig het sportaanbod na schooltijd binnen de vereniging wordt verzorgd (buitenschools aanbod). In dit buitenschoolse aanbod wordt de stap gemaakt naar de vereniging. Het sportaanbod wordt binnen de vereniging gegeven, de leerlingen integreren in de sportverenigingen.

Fase 3 Nazorgtraject

De leerlingen worden lid van de vereniging en centraal staat het borgen van de continuïteit van het programma en de sportdeelname van de leerlingen (in de laatste drie maanden van de projectperiode).

Locaties en Uitvoering

Alle scholen voor speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs (sbo), praktijkonderwijs die beschikken over een sportruimte kunnen de interventie uitvoeren. 

De uitvoering vindt plaats door vakleerkrachten lichamelijke opvoeding in samenwerking met trainers van sportvereniging en sportaanbieders. Regionaal projectleiders vanuit de interventie-eigenaar en combinatiefunctionarissen van de gemeente ondersteunen de uitvoerders.

De interventie eigenaar besteedt veel aandacht aan de bekendmaking van Sport Heroes. PR en werving gebeurt door middel van b.v. nieuwsberichten en symposia via voor de doelgroep bekende kanalen zoals de PO raad.

Tbv. de implementatie is een samenwerking gesloten met Gezonde School (RIVM met ong. 20 partnerorganisaties) en KVLO (Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeding). Scholen die deelnemen aan Sport Heroes kunnen nu via een versnelde aanvraagprocedure het Themacertificaat Bewegen en Sport behalen als onderdeel van het vignet Gezonde School. Hierdoor wordt ook via de Gezonde school-kanalen bekendheid gegeven aan Sport Heroes, waarmee nog meer scholen en gemeenten bereikt worden.

Scholen of gemeenten die interesse hebben in Sport Heroes kunnen terecht bij één van de regionale projectleiders voor een oriënterend gesprek.

De ambitie is om sport en bewegen voor leerlingen met een beperking binnen- en buitenschools structureel in te bedden c.q. te implementeren, zodat dit geborgd is na afloop van Sport Heroes. Er wordt dan ook gestreefd naar een zorgvuldige inpassing van Sport Heroes in de lokale setting en het realiseren van een verandering ‘tussen de oren’ van iedereen die ermee te maken heeft. Bij de implementatie richt Sport Heroes zich op de volgende factoren: creëren van voldoende draagvlak, passende werving en promotie rondom de interventie, rekening houden met de doelgroep, kennisuitwisseling, scholing, zichtbaar maken van de voordelen van de interventie aan alle betrokkenen, vrijheid bij de (eind)gebruiker, evaluatie met betrekking tot effect van de interventie, betrokkenheid en eigenaarschap.

Uit literatuur blijkt dat deze factoren een goede implementatie bevorderen (Fleuren et al, 2006; Fleuren et al, 2010; Hoogendam & Linger, 2010). Een andere belangrijke factor bij de implementatie van Sport Heroes is de verbinding met en inzet van combinatiefunctionarissen. Onderzoek laat zien dat de inzet van een combinatiefunctionaris leidt tot een meer en kwalitatief beter aanbod (Von Heijden et al., 2011).

Werving

  • Folders (versie SO 6-12 jaar, versie VSO 13-19 jaar)
  • Posters (versie SO 6-12 jaar, versie VSO 13-19 jaar )
  • Banieren
  • Promotiewand
  • Vlaggen
  • Bidons, tasjes, sleutelhanger etc.
  • Kladblokjes & pennen voor netwerkbijeenkomsten
  • Leenpolo’s voor trainers op de scholen
  • T-shirt voor deelnemers  aan Sport Heroes events (sportdag)
  • DVD Special Heroes

Uitvoering

  • Format samenwerkingsovereenkomst (inclusief formulieren in het kader van de AVG)
  • Handboek en stappenplan voor regionale projectleiders
  • Handboek voor sportverenigingen
  • Format projectplan
  • Communicatieplan

Website

Belangrijke documenten

Uitgebreide beschrijving (pdf)

Organisatie

Beoordeling / erkenning

  • Goed onderbouwd
Dit is een erkende interventie