Als een ommetje een omweg wordt (2006)

Overal in Nederland worden plannen uitgevoerd om spoorwegen veiliger te maken. Dat vindt plaats via opheffing van overwegen, aanleg van tunnels en viaducten en door overwegen beter te beveiligen. Het aantal spoorwegkruisingen neemt af, vooral in het landelijk gebied. Dit leidt tot reacties van gebruikers, met name wandelaars, fietsers en ruiters. Om de problematiek in kaart te brengen hebben de landelijke belangenorganisaties het project ‘Recreatie en Overwegen’ uitgevoerd. Het afsluiten van overwegen, maar ook de ontwikkeling van andere infrastructurele projecten mag en moet niet belemmerend zijn voor de fijnmazige infrastructuur – het “haarvatennetwerk” van wegen en paden – die er vanouds is. Bij de gekozen oplossingen dient rekening gehouden te worden met de belevingswaarde van de nieuw gecreëerde omgeving voor de mens, alsmede met de gevolgen voor het landschap en de ecologische structuur. Als onderdeel van infrastructurele projecten dient de financiering van optimale oplossingen voor het fijnmazige netwerk geregeld te worden. Indien geen geschikte oplossing mogelijk blijk te zijn, moet tenminste in de directe nabijheid een compenserende verbinding worden gerealiseerd. Gegeven de achterstandsituatie waarin de burger die zich niet-gemotoriseerd wil voortbewegen thans verkeert, moet overwogen worden een landelijk meerjarenprogramma ontsnippering fijnmazige infrastructuur op te stellen.