Spring naar content
Terug naar de kennisbank

Deelname aan en bekendheid van georganiseerde beweegactiviteiten voor ouderen (2020)

factsheet 2020/33

Auteur(s): Remko van den Dool

In welke mate zijn ouderen bekend met georganiseerde beweegactiviteiten en vinden zij die aansprekend?

In het voorjaar van 2020 heeft het Mulier Instituut vragen gesteld aan ouderen van 55 tot en met 79 jaar in het Nationaal Sportonderzoek. Het onderzoek vond plaats met steun van het ministerie van VWS voor onderzoek naar inclusieve sport- en beweegdeelname (doelgroep ouderen). De resultaten zijn te vinden in dit factsheet.

Uit het onderzoek blijkt:

  • Een derde van de zelfstandig wonende ouderen heeft interesse in sport- en beweegactiviteiten die speciaal voor ouderen worden georganiseerd. Ongeveer één op de zeven ouderen neemt deel of heeft dat wel eens gedaan. De actuele deelname is 2 procent.
  • Zelfstandig wonende ouderen kiezen voor georganiseerde activiteiten vanwege de gezondheid, de begeleiding en het aangepaste programma. Ook de sociale functie en de lage prijs zijn belangrijk.
  • De helft van de ouderen kiest niet voor een gezamenlijke activiteit of verwacht dit niet te doen. Velen spreekt dit niet aan (44%). Anderen sporten/bewegen het liefst alleen (29%). Daarnaast zijn veel ouderen al sportief actief. Een vijfde heeft überhaupt geen behoefte aan sport en bewegen.
  • De actuele deelname aan georganiseerde activiteiten voor ouderen is beperkt, maar er is wel een zeker potentieel. Deze groep is wellicht beter te bereiken door de activiteiten meer bekendheid te geven. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat de helft onbekend is met georganiseerde activiteiten voor ouderen.

Het verdient aanbeveling uit te zoeken hoe sport- en beweegactiviteiten aansprekender gemaakt kunnen worden voor ouderen en hoe ouderen zonder interesse in georganiseerde activiteiten zijn te stimuleren om te sporten en bewegen.

Literatuurverwijzing: Dool, R. van den (2020). Deelname aan en bekendheid van georganiseerde beweegactiviteiten voor ouderen: factsheet 2020/33. Utrecht: Mulier Instituut.

Omschrijving