Spring naar content
Terug naar de kennisbank

Het gebruik van klein openbaar groen (2013)

vaststelling van het feitelijk gebruik en potentiebepaling

Deze afstudeerscriptie is geschreven voor de GGD Rotterdam-Rijnmond en de Hogeschool Rotterdam. Als afstudeeropdracht is onderzoek verricht naar:

‘Hoe kan men in de stad; kleine groene openbare ruimten monitoren op het gebruik, en de potentie van deze locaties vaststellen, passend bij de routines van beheer en onderhoud.’

Daarnaast is er een Toolbox ontwikkeld in samenwerking met twee afstudeerders vanuit Stadsontwikkeling Rotterdam.

Het onderzoek is als volgt opgebouwd: 
Allereerst word de onderzoeksopzet uitgelegd, waarna een hanteerbaar begrip voor de (groene) openbare ruimte is gezocht. In Hoofdstuk 3 en 4 word ingegaan op het gebruik van de openbare ruimte en welke activiteiten daarbij horen. Hoofdstuk 5 en 6 gaan over de gebruikers en de vormen van het groen, waarna geschikte locaties zijn gekozen en onderbouwd in hoofdstuk 7. Hoofdstuk 8 beschrijft de analyse van de verschillende locaties door middel van veldwerk en een omgevingsanalyse, waarna de gebruikerswaarde van de desbetreffende locaties word vastgesteld. In hoofdstuk 9 volgen de conclusies en aanbevelingen van het onderzoek en het antwoord op de onderzoeksvraag.

Literatuurverwijzing: Jong, R. de, & Jawid, S. (2013). Het gebruik van klein openbaar groen: vaststelling van het feitelijk gebruik en potentiebepaling. Rotterdam: GGD Rotterdam.

Omschrijving