Spring naar content
Terug naar de kennisbank

Meer dan driehonderd talenten getest tijdens tweede NOC*NSF Talentdag (2015)

Organisatie(s): NOC*NSF

337 jongeren tussen twaalf en achttien jaar die de eerste selectie hebben doorstaan, waren uitgenodigd om zich in de praktijk te laten testen. Hoe hoog kan je springen? Hoe snel loop je tien en dertig meter? Hoeveel vermogen kan je leveren op een fiets in een supersprint van vijf seconden? Verschillende testen, waarvan op het eerste gezicht misschien niet helemaal duidelijk is met welke takken van sport dit verband houdt.
Toch kan die link gelegd worden, omdat je met deze testen inzicht krijgt in zaken als explosiviteit, snelheid, kracht en uithoudingsvermogen. Dit zijn kenmerken die zeer onderscheidend zijn voor sporten als baanwielrennen, roeien, volleybal, atletiek, rugby en triatlon. Welke sport het best past bij de mogelijkheden van deze jongeren, wordt na vandaag bekeken. De meest getalenteerde jongeren kunnen dan een uitnodiging van die betreffende sportbond verwachten, om specifieker getest te worden en in een programma mee te draaien waar hun talent kan worden bevestigd.

Sporters hebben zich ingeschreven voor de NOC*NSF Talentdag om te ontdekken waar hun sportaanleg ligt en of ze de potentie hebben om de Olympische of Paralympische Spelen te bereiken. Van de 337 uitgenodigde sporters zijn er maar liefst 132 door hun gymdocent voorgedragen. Deze leraren konden ‘wild cards’ voor de Talentdag uitdelen aan leerlingen die uitzonderlijk scoren binnen de gezochte kenmerken. Docenten lichamelijke opvoeding, die hun leerlingen vaak al jarenlang in de les hebben, kunnen met hun kennis en expertise de potentie van leerlingen heel goed inschatten en dat maakt hen erg waardevol in het proces van talentherkenning.

Jeroen Bijl, manager Topsport bij NOC*NSF, geeft aan: “Soms komt er een talent ‘uit het niets’ bovendrijven, dat hele mooie dingen laat zien. Het is vaak toeval dat zo’n talent op de juiste plaats de juiste mensen tegenkomt en de gelegenheid krijgt om zich te ontplooien. Om dat toeval een handje te helpen organiseren we de NOC*NSF Talentdag. De eerste editie, vorig jaar, heeft twintig talenten opgeleverd die nu nog in de verschillende programma’s van sportbonden zitten. Hier zitten zelfs vier sporters bij die inmiddels, binnen een jaar, zoveel progressie hebben geboekt dat zij onderdeel zijn geworden of op korte termijn worden van de nationale fulltime programma’s. We hopen dat deze ontwikkeling zich door blijft zetten, de potentie lijkt zeker aanwezig.”

Achtergrond van de campagne, gericht op jongeren en hun ouders, is dat het in een aantal sporten mogelijk is om op latere leeftijd in te stromen en toch nog steeds kans te maken op het behalen van het mondiale seniorenpodium. Veel kinderen in Nederland beoefenen van jongs af aan maar een enkele sport en weten hierdoor eigenlijk niet waar hun sportaanleg daadwerkelijk ligt. Veel mensen beseffen ook niet dat een overstap naar een andere sport op latere leeftijd mogelijk is en dat je dan nog steeds succesvol kan zijn in topsport. Zo heeft beachvolleyballer Alexander Brouwer tot zijn vijftiende gevoetbald. “Toen pas maakte ik de overstap naar volleybal; ik kwam via een gymdocent in aanraking met regionale trainingen. Vanaf daar ging het snel.” In 2013 werd hij met Robert Meeuwsen wereldkampioen beachvolleybal en nu richt hij zich op een podiumplaats bij de Olympische Spelen van Rio 2016.

Literatuurverwijzing: NOC*NSF (2015). Meer dan driehonderd talenten getest tijdens tweede NOC*NSF Talentdag.

Omschrijving