Monitor bewegen en sport in het mbo (2011)

Sport en bewegen krijgt stap voor stap weer een vastere plek binnen het middelbaar beroepsonderwijs. Driekwart van alle mbo-instellingen heeft in het schooljaar 2010-2011 een beweeg- en sportaanbod. Volgens betrokkenen neemt het activiteitenaanbod toe, zowel in omvang (aantal uur) als bereik (aantal studenten). Gemeten naar de vijfprocentnorm (die stelt dat vijf procent van de contacttijd moet bestaan uit bewegen en sport) is echter nog een lange weg te gaan. In 2011 voldoet 15 procent van alle 515.622 mbo-studenten aan de zogeheten vijfprocentnorm. In 2010 was dat nog 13 procent. De stijging komt voor het grootste deel voor rekening van het eerste leerjaar. Daar haalt nu 36 procent van de BOL- (beroepsopleidende leerweg) en 5 procent van de BBL-studenten (beroepsbegeleidende leerweg) de norm. In de overige leerjaren liggen de percentages beduidend lager. Dat blijkt uit een enquête, die door de sportcoördinator van 64 van de 66 mbo-instellingen in Nederland is ingevuld. Met 42 procent is het aantal mbo-instellingen, dat bewegen, sport en vitaliteit in centrale beleidsdocumenten heeft verankerd, stabiel. De aandacht voor het thema op decentraal niveau neemt evenwel gestaag toe. In 45 procent van alle sector- en domeinplannen is er nu expliciete aandacht voor sport, bewegen en vitaliteit, tegen 35 procent in 2010. Een derde van de opleidingen heeft het thema nu ook opgenomen in de OER en/of studiegids, waar dat in 2010 nog voor een kwart van de opleidingen gold. Ondanks het toegenomen draagvlak staan sportkader en vooral sportaccommodaties in 2011 wat meer onder druk dan in 2010. Aan de andere kant slagen mbo-instellingen er over het algemeen goed in om flexibel gebruik te maken van sportaccommodaties en -instructeurs in de omgeving. Van de mbo-instellingen vraagt 68 procent zich af of de financiën het toelaten om bewegen en sport in de gewenste mate aan te kunnen (blijven) bieden, mede ook door de bezuinigingen waar veel instellingen mee te maken hebben. De meting over het schooljaar 2011-2012 zal duidelijk maken of dit zijn weerslag heeft op het beweeg- en sportaanbod in het mbo.