Spring naar content
Terug naar de kennisbank

Motieven voor non-participatie (2002)

kwalitatief vervolgonderzoek onder non-participanten

Bureau Recreatie van de afdeling Groen van de provincie Zuid-Holland wil het gebruik van de diverse recreatiegebieden bevorderen en daarmee het maatschappelijk rendement ervan en wil daarom een goed inzicht krijgen in de zogenaamde non-participatie. In 2001 heeft het Centrum voor Onderzoek en Statistiek op basis van secundaire analyses van drie edities (1995, 1997 en 1999) van de vrijetijdsomnibus in opdracht van de provincie deze non-participatie in kaart gebracht en beschreven in het rapport ‘Non-participatie in Vrijetijdsbesteding’. Een tweede onderzoek heeft plaatsgevonden door middel van de vierde vrijetijdsomnibus in Rotterdam en een vergelijkbaar onderzoek in Stadsregio Rotterdam, beide gehouden in het najaar van 2001. Met dit onderzoek is bekeken of eerder geconstateerde trends in non-participatie zich voortzetten en of de non-participatie in de stadsregio zich qua omvang en inhoud verhoudt met die in de gemeente Rotterdam.

Literatuurverwijzing: Matthijssen, M.P.A., & Rijpma, S.G. (2002). Motieven voor non-participatie: kwalitatief vervolgonderzoek onder non-participanten. Rotterdam: Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS).

Fysieke exemplaren

Organisatie Plaatsingskenmerk Status
Mulier instituut RECR-TB-0010 Beschikbaar

Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek:

Mulier instituut
tel: 030-7210220
e-mail: info@mulierinstituut.nl

Omschrijving